logo-knooppuntkerkenenarmoedespacer-100x5Knooppunt Kerken en Armoede

  • 4-slide
  • 1-slide
  • 5-slide
  • 8-slide
  • 7-slide
  • 3-sliide
  • 2-slide

Diaconale presentie in Lelystad

“We zetten samen een wereld van presentie neer en die is krachtig”

Dit is een interview met Veerle Rooze, directeur in het Interkerkelijk Diaconaal Overleg (IDO) Lelystad. Dit centrum is inmiddels uitgegroeid tot een groot oecumenisch diaconaal centrum met meerdere locaties en activiteiten.

Klik hier om dit artikel te downloaden als pdf-document.

IDO Lelystad

Veerle Rooze

“IDO Lelystad sluit vanuit de kerken al dertig jaar aan bij de leefwereld van mensen en hun behoeften. Het is uitgegroeid tot een grote vrijwilligersorganisatie waarmee acht kerken in Lelystad samen werken aan barmhartigheid en gerechtigheid. De Stichting heeft acht medewerkers in dienst en werkt met honderden vrijwilligers. Er is een grote samenwerking met een netwerk van organisaties op het terrein van wonen, werken, inkomen, onderwijs, zorg, en welzijn. Het gaat om doen van onderop, op vraag van de mensen. Inmiddels werken we met 300 vrijwilligers, waarvan 100 in de voedselbank de Korenaar. Mensen hebben vaak problemen en vanuit de ontmoeting met vrijwilligers kunnen mensen met vragen verwezen worden naar andere hulp, zoals tandarts, huisarts, advocaat, voorschot, schuldhulp, uitkering. We werken nauw samen met de gemeentelijke schuldhulpverlening en binnen het IDO zijn NEN-gecertificeerde hulpverleners actief, naast maatjes, die begeleiden met financiële administratie, formulieren invullen, het uithouden in een leven met schulden en tekorten. Binnen het IDO werken we met twee inloophuizen Waterwijk en Open Haven, waar inloopspreekuren zijn, activiteiten, maaltijdprojecten. We hebben op zes plaatsen uitdeelpunten van de Voedselbank. Er zijn in de inloophuizen kledingwinkels. Er zijn taallessen voor alle mensen, die Nederlands willen leren. Voor hen die daar naar zoeken zijn er spreekuren voor betaald werk. We vullen aan op waar de mensen in Lelystad behoefte aan hebben. We zijn er voor iedereen, maar in de praktijk blijkt dat we er vooral zijn voor mensen met achterstanden, die drempels kennen voor meedoen in de samenleving, hulporganisaties, digitale manieren van meedoen. Veel mensen hebben meerdere problemen, die zich uiten in geest, lichaam en gedrag. Veel van het werk gebeurt dus dagelijks, op maat, door maatjes, in de tijd en in het tempo die daarvoor nodig is. We zijn geen hulpverleningsorganisatie, maar doen diaconaal werk. Het meest belangrijk is daarbij om naast mensen te staan. De boodschap die we dagelijks uitdragen en voorleven is: je staat er niet alleen voor.”

“We zijn eigenlijk de EHBO-post voor hen die de strijd in de samenleving verloren hebben.”

Meedoen samen uit de armoede

“Ik heb vanuit mijn studie onderzoek gedaan in het Exodus project Lelystad. Dit project koppelt maatjes aan ex-gedetineerden en het maatje helpt, begeleidt, ondersteunt bij alles waar de ex-gedetineerden tegen aan lopen als ze terugkomen in de samenleving. Het gaat vaak om concreet meehelpen bij uitkering, woning of slaapruimte, kleding, werk. Het gaat niet om de zaak voor de mensen zelf op te lossen, maar hen bij te staan in hun leven, dus om relevant helpen. Het werk kent een grote daadkracht. Ik heb de organisatie IDO zo van binnenuit leren kennen.”
“Ons beleid bouwt voort uit de eigenheid van het diaconale werk, dat de laatste jaren is ontwikkeld. We willen mensen laten meedoen in de samenleving door samen uit de armoede of schulden te komen. Daar is vaak lange tijd voor nodig. Onze theory of change is daarop gebaseerd. We kiezen bewust voor presentie, aanwezig zijn, samen doen en zijn er vooral voor hen die kwetsbaar zijn in onze ingewikkelde samenleving. We weten dat de gemeentelijke overheid diverse hulporganisaties heeft en waar nodig verwijzen we daarnaar. Maar om tot helpen te komen is vaak eerst een vertrouwensbasis nodig, een erkennen dat meedoen samen uit de armoede inhoudt dat er een pad ingeslagen wordt, dat lang moet worden volgehouden. We zijn eigenlijk de EHBO-post voor hen die de strijd in de samenleving verloren hebben. We hebben presentieplekken, activiteiten voor en door mensen, en het belang daarvan staat buiten discussie. We leven niet voor succes, groei, rendement. We zijn er voor de mensen en we bereiken mensen die de reguliere hulpverlening vaak niet bereikt. Zowel de burgerlijke gemeente als fondsen begrijpen dat en geven van daaruit hun financiële middelen. Onze begroting wordt nu voor tachtig procent gedekt door de burgerlijke gemeente en voor twintig procent door ongeveer 14 fondsen. We zijn een diaconale organisatie, en doen ons diaconale werk met veel vrijwilligers. Dat is dagelijks werk van veel mensen. De samenleving gaat uit van autonome zelfredzame individuen, die goed hun weg weten te vinden in de digitale participatiesamenleving. Maar veel mensen zijn niet zo zelfredzaam. Ze hebben anderen nodig om mee te kunnen doen. Aanwezig zijn, relaties opbouwen, elkaar helpen aan een netwerk, het wijzen naar toegangen, verbindingen maken, dat is diaconaal werk. Waar mensen alleen zijn, vervreemd van de samenleving, wantrouwig tegen hulpbieders en overheden, daar is vertrouwen geven, vinden en opbouwen belangrijk.”

Diaconale organisatie, geen vat met vrijwilligers

“We zijn een diaconale organisatie, die actief is in de non-profit sector. Met een nadruk op diaconaal en non-profit. We hebben geen verdienmodel en zijn geen vat met vrijwilligers, dat andere organisaties zich kunnen toeëigenen. We merken elke dag weer hoeveel mensen uitgesloten zijn van de reguliere samenleving met al haar hulporganisaties. Denk aan Roma, mensen die uit hun huis zijn gezet, ex-gevangenen, mensen met verslavingsgedrag, daklozen, ongeletterden, laaggeschoolden, mensen zonder relaties. Omdat deze polder nu alweer zo’n 70 jaar bestaat zien we ook problemen die samenhangen met ouderdom: eenzaamheid, mensen die alleen komen te staan na een overlijden. Veel mensen hebben problemen met onze ingewikkelde samenleving, hoe die functioneert, met de moeilijke toegangen die er zijn. Op tijd komen, de taal van organisaties kennen, formulieren invullen, de angst voor uniformen, zorgmijding: het komt allemaal voor en meer dan je denkt. Wij willen als IDO Lelystad die mensen in beeld hebben, er contact mee maken, hun verhaal horen. We richten ons in ons beleid om toegangen te vinden tot mensen, die we nog niet zo goed kennen. We willen dat mensen ons gemakkelijk kunnen vinden als ze op zoek zijn naar ondersteuning. Daarom zijn we alert op repressieve tolerantie, waarin andere organisaties onze vrijwilligers willen inzetten voor hun trajecten. Vanuit ons diaconale werk willen we wel als dat kan doorverwijzen naar het werkbedrijf, schuldhulpverlening, sociale dienst, maatschappelijk werk, woningcorporatie, welzijnswerk, psychische gezondheidszorg. En vaak kunnen de opgebouwde relaties met maatjes dan een brugfunctie vervullen. Ons uitgangspunt is eerst helpen waar geen helper is, zoeken naar waar de mensen zijn die uitgesloten worden of zich uitsluiten, de verhalen horen van hen die niet gehoord worden, hen zien die niet gezien worden, samen eten met hen die honger hebben. We zoeken naar presentie, aanwezigheid, vertrouwen en zijn van daaruit signalerend, activerend, helpend. Waar nodig helpen we concreet met bed, maaltijd, onderdak, inkomen en verwijzen naar waar hulp te krijgen is voor langere tijd. We leven samen met kwetsbare mensen en hen van dienst zijn is diaconaal werk. Ons vrijwilligerswerk heeft alles van doen met vertrouwen creëren, houden van, aansluiten bij waar mensen zijn, interesse hebben in mensen, verhalen horen, het samen uithouden. Kwetsbare mensen hebben en kennen grenzen. Als kwetsbare mensen ervaren dat er samenzijn kan zijn, dat ze niet alleen zijn, dan komt het besef dat grenzen in kwetsbaarheid niet grenzen zijn, maar lijnen die verlegd kunnen worden. En dan kunnen we ook de weg wijzen naar andere organisaties in de samenleving. Die uitgangspunten bepalen ons beleid.”

“Onze kracht zit in de verschillende manieren van diaconaal aanwezig zijn”

Diaconaal werk kent ook grenzen

“Ons werk omvat veel, als je kijkt naar alle activiteiten die vanuit IDO Lelystad verricht worden. We werken vooral door en met vrijwilligers. Deze mensen doen dat zonder betaling en het kent ook zijn grenzen. De presentie weg kost tijd, vergt investeren in vertrouwen, vinden van wegen naar mensen toe. Wij kunnen ons niet als een inhuurbare vrijwilligersorganisatie laten betalen voor een bepaalde klus, zoals sommige subsidiegevers graag willen. We vertrekken vanuit de kernwaarden van ons werk en willen daarvoor subsidies ontvangen. Zo kan soms een goed idee zo groot worden, dat wij het graag aan een ander geven om het uit te voeren. We hebben vorig jaar bedacht, dat schoolontbijt invoeren een manier kan zijn om in contact te komen met gezinnen in armoede. De pilot ging goed, maar de gemeente wilde het in meerdere delen van de stad invoeren, tegelijkertijd. Dat plan is goed en we staan er achter, maar voor ons werd het te groot. Binnen ons netwerk van samenwerkende organisaties hebben we een welzijnsorganisatie erbij betrokken. Zij voeren nu dat project uit en wij ondersteunen met onze presentie aanpak. Zo zijn we in de praktijk aanvullend op elkaar.”

Diaconaal aanwezig zijn

“Onze kracht in de verschillende manieren van diaconaal aanwezig zijn heeft zich inmiddels bewezen. Tegelijk is duidelijk dat we in de eigen organisatie minder geïnvesteerd hebben in het versterken van de aanpak. We werken met driehonderd vrijwilligers, die elk specifieke groepen bereiken. Tegelijk willen we niet alleen dweilen met de kraan open, maar ook veranderend werken met hoop op uitzichten, perspectieven, oplossingen. Elke organisatie verandert en voordat veranderingen met jou op de loop gaan, kunnen wij de verandering richting geven. Ons beleid voor de toekomst is dus een theorie van verandering, die sterk bezig is met inspraak van en door alle vrijwilligers en ondersteuning van hun vaardigheden en kennis. En we willen steeds nieuwe wegen vinden om mensen te bereiken. Jongeren bijvoorbeeld vind je niet zomaar. Als je wil aansluiten bij hun leeftijd heb je een instrument nodig. We werken nu met een bakfiets met soep en chocolademelk om jongeren te bereiken. Het gaat om wegen te vinden om verbindingen te maken. Want vaak is schaamte, wantrouwen, vreemdheid een groot obstakel. Zowel voor mensen in de stad als voor ons. We zien dat onze winkels, onze maaltijden, onze koffie-uurtjes drempels wegnemen. Mensen lopen binnen, leren ons kennen door mee te doen. Ze kijken de kat uit de boom. Na verloop van tijd blijken ze ook binnen te lopen in een spreekuur. Als er vertrouwen gegroeid is, durven mensen hulp te vragen. Zo komen we regelmatig mensen met schulden op het spoor. Onze zoektocht is mensen te vinden, open te staan voor hen en daarom gaan we nu de winkels meer naar voren plaatsen in ons inloophuis. In de winkel vertellen mensen sneller hun verhaal en van daaruit kunnen we signaleren naar elkaar en bijvoorbeeld op huisbezoek gaan. Met jongeren willen we whats-app groepen maken. We willen aansluiten bij de eetgroepen, verbindingen krijgen met mensen en tussen mensen, de ene groep met de andere in contact brengen. Op allerlei manieren willen we ons zelf open stellen voor mensen en naast mensen staan. We willen testen op welke manieren we verbindingen kunnen maken en ons zelf daarin versterken. Daarin zit onze diaconale niche.”

IDO met pit

“Als ik nu zie wat er allemaal is opgebouwd in al die jaren: wat een rijkdom. Het is zo mooi om te zien hoe het IDO door gemeentelijke overheid, andere hulporganisaties, fondsen benaderd wordt om hetgeen we zijn en doen als diaconaal netwerk. We worden herkend en erkend en hoeven ons niet te bewijzen door projecten te doen. Dat voelt goed. We zetten samen een wereld van presentie neer en die is krachtig. Bij ons kunnen mensen aanwezig zijn met alles wat ze zijn en hoe ze zijn zonder dat er meteen een traject geopend wordt of begeleiding aangeboden of een doel verwoord. Mensen leren dat verschil met andere organisaties zien. Als we samen een leefwereld zijn, een dorp, van, met en door mensen, dan bieden we die wereld van diaconale presentie aan. Dan worden geen projecten of trajecten, gestuurd door geld ingezet, maar doen we recht aan deze mens, die stapjes zet in het leven, met wie we verbondenheid aangaan. Het is onze grootste uitdaging om dat anders zijn van mensen en dat ontmoeten in presentie recht te doen en te blijven voeden. Presentie is ons paradigma en dat willen we behoeden voor de dominantie van rationele economie, van hulpprojecten en trajecten met verdienmodellen.”

Tekst en foto’s zijn van Hub Crijns.
Dit artikel verscheen eerder in Diaconie & Parochie, december 2018.

Websites IDO:
www.ido-lelystad.nl
www.voedselbanklelystad.nl

Veerle Rooze (1978) is geboren in Brussel en heeft daar haar jeugd doorgebracht. Op haar twaalfde verhuisde het gezin wegens het werk van vader naar Zuid-Beveland in Zeeland. Ze volgde het gymnasium in Goes en ging Master theologie studeren in Leiden. Daarna volgde in Leuven een afstudeeronderzoek in de Missiologie. In 2000 studeerde ze in Nijmegen Bachelor en Master bedrijfswetenschap en organisatieadvieswerk. Daarna deed ze in Leiden de Protestantse predikantenopleiding. In 2011 deed ze bij het IDO Lelystad een onderzoekspilot voor Exodus en kerken met STIP naar de opvang van ex-gedetineerden in de samenleving. Door dat werk is ze in contact gekomen met alle diaconale activiteiten van IDO Lelystad. In mei 2016 is Veerle Rooze aangetreden als directeur van de Stichting IDO Lelystad.