logo-knooppuntkerkenenarmoedespacer-100x5Knooppunt Kerken en Armoede

  • 2-slide
  • 5-slide
  • 8-slide
  • 3-sliide
  • 4-slide
  • 7-slide
  • 1-slide

Henk Baars over stilteactie en de hoogte van uitkeringen

henk-baars‘De uitkeringen zijn gewoon te laag’

Als iemand op het breukvlak werkt van religie, samenleving en politiek is het wel Henk Baars uit Den Haag. In zijn stad ziet hij als manager van Stek (uitvoeringsorganisatie van onder andere de diaconie van de protestantse gemeente) wat de gevolgen zijn van de ‘Haagse’ maatregelen voor mensen aan de onderkant.

‘Het lijkt wel een bijeenkomst van de PvdA’, grapt Henk Baars op zondag 1 mei in de Haagse Bethelkerk waar de Haagse Dominicus zijn diensten houdt. Hij zegt dit omdat op de voorpagina van de liturgie van deze kerkdienst een klassieke foto staat van stoere arbeiders, kin omhoog en de hamers omgekeerd op de schouders. Een beetje zoals in de jaren dertig in de Sovjet Unie propaganda werd gemaakt voor de arbeidersstaat. Het is de Dag van de Arbeid en daar wil de Haagse Dominicus niet aan voorbij gaan. Sterker nog, de hele dienst staat in het teken van deze dag. Henk Baars houdt een overweging over 1 mei, interviewt kerkleden over hun werkzame leven en de liederen van Huub Oosterhuis passen naadloos bij ‘1 mei’. In zijn overweging zegt Baars: ‘Werken staat in onze tijd en cultuur voor veel mensen gelijk aan het leveren van een grote prestatie. Een prestatie die weliswaar geld, aanzien en misschien geluk oplevert, maar ook veel kost. Nogal wat mensen lijden aan burn-out, raken gefrustreerd of overspannen van werk.’ Hij spreekt tot slot als ‘1 mei-wens’ uit dat ieder mens werk mag doen dat bij hem of haar past. ‘Soms even weten: Dit is waarachtig en authentiek, dit moet ik doen, zo ben ik, dit hoort bij mij, zo mag ik zijn.

’De bittere realiteit is vaak anders. Helemaal geen werk, dakloos of schulden hebben. Ruim een week voor deze kerkdienst sprak ik Baars op zijn werkplek in de Haagse binnenstad. Hij is afdelingsmanager bij Stek Den Haag, de organisatie die in opdracht van de diaconie van de Protestantse Kerk en de gemeente Den Haag veel sociale projecten uitvoert. ‘Voor Stek tellen mensen, vooral kwetsbare en bedreigde, gemarginaliseerde en stemloze mensen’, zo staat het op de website. Een organisatie met rond de vijftig werknemers en maar liefst duizend vrijwilligers. Baars verwoordt het werk van Stek als volgt: ‘De drive van ons is hier toch wel dat je je voortdurend afvraagt wat christen zijn in deze stad betekent. Met ongelooflijke complexe invloeden, vele godsdiensten en met al die etniciteiten die je in deze stad hebt. Het is als in een zee waar je voortdurend zwemt en net boven komt. Een zee van identiteiten.’
Terwijl ook in Den Haag vele protestantse en rooms-katholieke kerken dicht gaan, heeft Stek volgens Baars ‘in de stad een sterk diaconaal maatschappelijk gezicht.’ Eigenlijk de enige grote confessionele organisatie – naast de kleinere katholieke Mara – die betrokken is bij zo veel projecten. Hij betreurt het dan ook dat er niet een soort islamitisch Stek bestaat. ‘Terwijl we die ongelooflijk hard nodig hebben. Vroeger bestond dat wel, maar dat is in elkaar gezakt. Ook in gesprekken met de gemeente Den Haag klinkt nadrukkelijk de wens door om dit weer op te pakken.’

Bedrijfspastor

Baars begon zijn loopbaan als bedrijfspastor in de Hoogovens in IJmuiden. De helm die hij als bescherming droeg, heeft hij nog. Later werd hij kerkelijk opbouwwerker in het dekenaat Haarlem van de Rooms-Katholieke Kerk. Zo kwam hij ook in contact met Ab Harrewijn, zijn protestantse collega en medeoprichter van De Linker Wang. Vijftien jaar geleden werd hij afdelingsmanager bij de protestantse organisatie Stek. Baars moest wel even wennen aan de protestantse cultuur. ‘Ik ben gepokt en gemazeld in de katholieke wereld, maar ik vind mij wel een calvinistische katholiek. Dus hard werken hoort daar zeker bij. Toen ik hier kwam werken merkte ik wel dat ze pietje precies zijn. Ik stond in mijn baan bij het dekenaat op gespannen voet met de ideologie. Ik herkende mij er nauwelijks meer in. Geen dialoog en ik werd niet gewaardeerd. Altijd het gevoel dat ik niet door het bisdom in de rug werd gedekt. Met de overstap naar Stek ben ik nog altijd heel gelukkig. Ik kreeg hier het gevoel dat ze naar me luisterden. Een warm bad, zonder strenge hiërarchie.’

Als manager bij Stek ziet Baars de gevolgen van de kabinetsmaatregelen voor mensen die afhankelijk zijn van bijvoorbeeld de voedselbank, of in de financiële hulpverlening terechtkomen. Van één ding is hij overtuigd. ‘Sommige kabinetsmaatregelen hebben perverse effecten. In feite zijn uitkeringen doodgewoon te laag om van te leven. Het is structureel te laag. Dat zeiden we overigens in de periode met Ab Harrewijn ook al.’ Hij is ook kritisch op een organisatie als NIBUD die niet hardop durft te zeggen dat de uitkeringen omhoog moeten. Baars was aanwezig bij een presentatie van NIBUD waar de gemiddelde huur op vierhonderd euro werd ingeschat. Hoofdschuddend: ‘Ik zat in een zaal met driehonderd mensen en iedereen begon te gniffelen. Wat is dit voor onzin! Allereerst kom je niet uit met 400 euro, maar bovendien weet iedereen dat de huren veel hoger zijn. Waarom zegt NIBUD dan niet met haar gezag: dit kan eigenlijk niet meer.’

Ook op een andere manier vraagt Baars aandacht voor het armoedevraagstuk. Al tien jaar lang staat hij elke derde dinsdag van de maand om 13.00 uur met een klein groepje mensen op het Plein, bij de ingang van de Tweede Kamer. Bij het tienjarig jubileum op 21 juni werden er broodpenningen uitgereikt als symbool van de nog steeds bestaande armoede. Er worden geen leuzen geroepen, maar het is een stilteactie. ‘Het is bewust een a-politieke actie. We staan er met zes tot veertien mensen. Dat is genoeg. Met de stilteactie willen we een constante druppel laten vallen. We hebben op die manier al met tal van politici gesproken. We laten zien dat de armoede er nog steeds is. Je voelt af en toe wel irritatie: getsie, daar staan ze weer.’Sommige politici stuiven het groepje voorbij, maar minister Henk Kamp (VVD) stapte uit zijn dienstauto en ging het gesprek aan. ‘Hij zei dat de verhoudingen tussen rijk en arm in Nederland het kleinst zijn in de hele wereld. We waren het niet eens, maar hij discussieerde wel. Dat valt echt te waarderen en past bij een minister als Kamp.”

Door Jan Spijk, overgenomen uit De Linker Wang, juli 2016.